BRODDELEN

 

Samenvatting van

Disfluencies of Cluttered and Excessively Rapid Speech

Myers, F. L., St. Louis, K. O., Bakker, K., Raphael, L. J., & Frangis, G. (2004, November).

 

Enige tijd geleden nog op internet bereikbaar op de ASHA-website, maar helaas werkte de link niet meer en was het artikel niet meer te vinden. Gelukkig nog op tijd een uittreksel van gemaakt, lees hieronder.

 

 

 

 

 

Disfluencies of Cluttered and Excessively Rapid Speech

Myers, F. L., St. Louis, K. O., Bakker, K., Raphael, L. J., & Frangis, G. (2004, November).

 

Deze studie vergelijkt de onvloeiendheden van 7 broddelaars, van 7 mensen met een excessief hoog spreektempo, en van 7 controlepersonen om de aard en frequentie van het voorkomen van verschillende typen onvloeiendheid te determineren.

De gebleken verschillen zijn niet statistisch betrouwbaar door het kleine ‘monster’ en aanzienlijke intra-groepsvariabiliteit, maar wel verrassend:

De controlegroep was het meest onvloeiend, de groep broddelaars iets vloeiender en de groep extreem snelle sprekers had een aanzienlijk aantal minder onvloeiendheden.

De onvloeiendheden die bij alle drie groepen samen het meest voorkwamen, waren interjecties (43-61 %), dan revisies (10-16%), dan andere. De groep extreem snelle sprekers had gemiddeld een veel lager aantal interjecties.

De auteurs geven als mogelijkheid dat extreem snelle sprekers een grotere capaciteit voor spreken zouden kunnen hebben (d.w.z. vloeiend, snel en duidelijk) dan zelfs normale sprekers.

 

 

 

 

 

www.logopaedie.nl